Ik heb het nog nooit gedaan, dus ik denk wel dat ik het kan.

“Ik heb het nog nooit gedaan, dus ik denk wel dat ik het kan.”

Pippi Langkous

Hoe fijn is het toch als je als kind gewoon het vertrouwen hebt in jezelf dat je iets kunt ook al heb het het nog nooit eerder gedaan.
Heerlijk toch als je niet belemmerd wordt door angst om te falen?

En waarom zou je eigenlijk ook angst moeten hebben om te falen?

“Ik heb niet gefaald. Ik heb zojuist 10.000 manieren gevonden die niet werken.”

Er is toch niets mis met falen?

Thomas Edison zei ooit: “Ik heb niet gefaald. Ik heb zojuist 10.000 manieren gevonden die niet werken.”. Ik kan me wel vinden in zijn uitspraak. Wanneer je faalt, heb je een manier ontdekt of ervaren die niet blijkt te werken. Dat geeft je dus te kans om er nog eens over na te denken of het nog eens te proberen. Falen geeft dus ook weer nieuwe kansen.

Sterker nog je zou kunnen zeggen dat falen juist goed is om zo nu en dan te ervaren omdat je dan weer iets kunt leren. Of het nu gaat over kennis of nieuwe vaardigheden eigen maken, juist door momenten van falen te ervaren, wordt er ook een kans gecreëerd om te leren.
Want als je altijd alles al kan, leer je dan eigenlijk wel iets of ben je dan eigenlijk altijd bezig om een trucje te laten zien van dat wat je al lang kunt?

Wanneer je het vertaalt naar een leerling op school, als een kind nooit fouten maakt, is de leerstof dan wel van het niveau van het kind? Of is het eigenlijk allemaal te makkelijk omdat alles goed is? En wat zegt dat dan over het onderwijs wat je zo’n kind biedt? Goed om eens bij stil te staan.

Leerkuil

Wanneer je kijkt naar deze poster van de Leerkuil  van het Talentenlab, wordt daar op  een mooie manier visueel gemaakt, hoe het leren nu eigenlijk gaat. Wanneer je dan ook nog de uitspraken leest die bij mindset horen, zie je heel duidelijk dat je motivatie en je manier van denken invloed hebben op datgene wat jij graag wil bereiken.

Wanneer je goed kijkt zie je op de poster ook staan dat als je over de leerkuil kunt springen, je waarschijnlijk niet aan het leren bent. En dat is eigenlijk ook wat ik hierboven ook al zeg. Je hebt immers niet echt veel moeite hoeven doen om je doel te bereiken. Oftewel je bent niet uitgedaagd om iets nieuws te proberen.

 

“Ik heb het nog nooit gedaan dus ik denk wel dat ik het kan.”

Zelf heb ik ook altijd wel weer behoefte aan nieuwe dingen leren of dingen uitproberen. Ik ben een leergierig en nieuwsgierig persoon. Daarnaast ben ik ook hele creatief en als ik graag iets wil creëren dan heb ik de houding die Pippi Langkous ook heeft. “Ik heb het nog nooit gedaan dus ik denk wel dat ik het kan.”
Ik snuffel wat rond op het wereld wijde web en maak dan een plan van aanpak. En vaak met als resultaat dat het ook nog gelukt is ook wat ik wilde maken. En wanneer het nog niet gelukt is, ga ik evalueren wat ik nu eigenlijk nog anders moet doen. Kortom dan ben ik aan het leren! Uiteraard ben ik dan ook trots op het eindresultaat als het gelukt is.

 

Doen waar je blij van wordt

En juist dat doen waar je blij van wordt, maakt dat je je geluk kunt voelen. Mooi toch als je dat een kind kan meegeven in het leven?

Dat is tenminste wel wat ik kinderen van alle leeftijden mee wil geven. Ik wil graag dat hun ogen stralen. Dat ze trots op zichzelf durven zijn en vertrouwen hebben in hun kwaliteiten.

Wat bof ik dan dat ik daar ook nog eens mijn werk van heb kunnen maken!
Want zowel in het onderwijs als bij het coachen van kinderen is dat toch echt mijn drijfveer:
Kinderen die geboren worden als rupsen begeleiden in hun ontwikkeling zodat ze zich kunnen ontpoppen tot schitterende vlinders.

Yoga

Yoga kan ook op een school gegeven worden.

In Frankrijk is het bijvoorbeeld heel gewoon. Yoga kan gegeven worden in een apart uur, zoals ook lichamelijke beweging wordt gegeven. Het is ook mogelijk om bepaalde yogaoefeningen of yogaspelen te verwerken in een gymles. Het kan zelfs gewoon in de klas.

Wanneer kinderen erg druk zijn of juist erg loom, kunnen ademhalingsoefeningen en –spelletjes kinderen weer rustiger en alerter maken. Die oefeningen hebben tevens een harmoniserend effect op de kinderen. Uit Zweeds onderzoek blijkt dat vertrouwens- en samenwerkingsoefeningen waarbij de kinderen elkaar aanraken, een positieve invloed hebben op hun gedrag naar elkaar. Kinderen leren elkaar te respecteren.

Het bijzondere is, wanneer je als leerkracht je inzet voor yogaoefeningen in de klas, dit niet ten kosten hoeft te gaan van het leerplan. Kinderen zullen juist beter presteren. Kinderen krijgen door yoga meer zelfvertrouwen wat weer de schoolprestaties stimuleert.

Yoga is niet gebonden aan een ruimte.

Het kan altijd en overal mits je maar een aantal aandachtspunten in acht neemt.

  • Zorg dat kinderen vrij kunnen bewegen en niet tegen elkaar of tegen meubilair op botsen.
  • Om in een ruimte een eigen plekje te hebben kan een matje of een handdoek al voldoende zijn. Op die manier maak je het eigen plekje tastbaar voor de kinderen.
  • Maak gebruik van de spontaniteit en het enthousiasme van kinderen. Wanneer je hen ideeën in laat brengen, zijn jullie samen op een creatieve en fantasierijke manier bezig om van een les iets bijzonders te maken.
  • Tijdens ademhalingsoefeningen is het fijn als je een raam open hebt of kunt zetten zodat er frisse lucht in een ruimte kan komen.

Boekentips:

Wellicht wil je graag zelf ook met Yoga beginnen.


Bekijk dan het online aanbod van Happy with Yoga.
Klik dan hier voor een online cursus Yoga voor beginners

Leerkrachten

Aandachtspunten en tips voor leerkrachten van hooggevoelige kinderen

Zoals bij informatie al gezegd wordt is het vanzelfsprekend dat ieder kind binnen het onderwijs benaderd wordt op een individuele wijze en kan leren op een manier die voor hem of haar het beste werkt. Hoogsensitieve kinderen vormen daarbij geen uitzondering. Bovendien is het belangrijk eigenschappen van leerlingen niet te stigmatiseren en dus geen uitzonderingen te maken wanneer dat niet nodig is.

Hooggevoeligheid is een aangeboren karaktertrek, die bij onderkenning door de leerkracht en het kind geen problemen hoeft op te leveren, maar wel aandacht vraagt. Wanneer leerkrachten bewuster met deze groep kinderen om gaan, kan voor die kinderen een beter pedagogisch klimaat ontstaan binnen de school.

Er hoeven geen grote aanpassingen gedaan te worden om hooggevoelige kinderen een fijne schooltijd te bezorgen. Het belangrijkste is het signaleren van knelpunten door de leerkrachten, bewustwording van het feit dat sommige kinderen een gevoeliger afgestemd systeem bezitten dan andere kinderen. Veel problemen kunnen voorkomen worden door eens kritisch te kijken naar eigen handelen en indeling van het schoolwerk en schoolruimten. Kinderen kunnen zelf zeer gericht informatie geven, wat voor hen nodig is om goed/beter te functioneren. Neem het kind serieus want dit wordt nog te vaak te weinig gedaan wordt door de leerkrachten.

Kinderen kunnen heel goed in staat om aan te geven wat zij nodig hebben op school. Wat vooral belangrijk is dat zij zich veilig voelen in de klas en bij de leerkracht, rustig hun werk kunnen doen en duidelijkheid hebben over de taken die van hen verwacht worden. Kinderen kunnen zelf aan te geven op welke punten verbeteringen voor hen mogelijk zijn, waar ze zelf iets aan kunnen doen en waar de school iets aan zou kunnen veranderen, zodat het voor hen prettiger wordt op school.

Aandachtspunten en tips:

(meer…)

HSP informatie

In iedere klas zijn er kinderen met HSP, ook al merken leerkrachten dit niet altijd op.

Kinderen met HSP hebben een zeer gevoelig zenuwstelsel. Door dit zeer gevoelige zenuwstelsel nemen ze veel waar van de wereld om hen heen. Kleine details vallen hen op. Je zou het kunnen zeggen dat kinderen een filter hebben om een selectie te maken van welke informatie binnen komt wen welke informatie niet belangrijk is. Bij HSP-ers is dit filter anders van samenstelling. Dit betekent dat bij deze kinderen er dus minder wordt gefilterd voordat het bij hen binnenkomt.
Vergelijk het maar met een zeefje van de zandbak. Wanneer je daar zand in schept uit de zandbak en je gaat zeven, blijven er steentjes en stokjes in het zeefje liggen. Zo werkt het eigenlijk ook bij mensen. Alleen bij hooggevoelige kinderen komt het zand meteen helemaal binnen zonder dat het gezeefd is. Dat houdt in dat er dus veel meer informatie binnen komt dan bij een gemiddeld persoon. Je begrijpt dat dit meer tijd en energie vraagt om dit allemaal te verwerken.
Wanneer er voor een langere periode prikkels blijven binnenkomen, kun je overprikkeld raken. Dit kan ook gebeuren als er in een korte tijd juist heel veel prikkels binnenkomen. Je begrijpt dat overprikkeling dus het grootste probleem is voor hooggevoelige kinderen. Je zou dus kunnen zeggen dat zij  als het ware gevoeligere antennes hebben. Deze zorgen er voor dat zij indrukken dieper en intenser opnemen dan niet minder gevoelige kinderen.

Wanneer hooggevoeligheid niet herkend wordt kan het gedrag van een hooggevoelig kind dat overprikkelt is, door de leerkracht als storend gedrag worden gezien. Deze leerlingen voelen zich op hun beurt niet serieus genomen of onrechtvaardig behandeld. Wellicht is het probleem dat er veel onduidelijkheid bestaat over de term hooggevoeligheid. Mensen denken soms dat het ‘iets van deze tijd is’ of dat je ’erin moet geloven’. Hieronder kun je meer lezen over wat het nu wel is en wat het doet met een kind.

In vakliteratuur kom je verschillende benamingen tegen voor hooggevoelige kinderen. De termen hooggevoelig, hoogsensitief, HSK (Hoog Sensitief Kind) en HSP ( Hoog Sensitieve Persoon) worden gebruikt.  Diverse informatie over hoogsensitiviteit is in een gevoelsmatige of spirituele context geschreven, waardoor een praktische binding zijn met het onderwijs zeer klein lijkt te zijn. Je hoort dan ook vaak dat leerkrachten HSP associëren met zweverigheid of verlegen gedrag. Ze zijn van mening dat een kind er wel overheen groeit. Gelukkig zijn er ook andere leerkrachten die benieuwd zijn maar weten niet goed hoe ze deze kinderen kunnen herkennen.

In vrijwel iedere klas zitten één of meer hoogsensitieve kinderen. Vaak wordt aan andere stoornissen gedacht wanneer kinderen ander gedrag laten zien dan het gangbare. Er is door LiHSK onderzoek gedaan en daaruit blijkt dat er een kans van slechts 11 % is dat bij gedrag van een kind in de klas wordt gedacht aan hooggevoeligheid. Uit het onderzoek van Aron is gebleken dat 15-20% van de mensen deze eigenschap bezit. Het is iets dat met het karakter van een kind te maken heeft. Al onze karaktereigenschappen zijn aangeboren en dus zeer wezenlijke aspecten van ons gedrag. Ze zijn genetisch bepaald en over het algemeen vanaf onze geboorte aanwezig.

Het belangrijkste kenmerk is dat hooggevoelige kinderen voortdurend nadenken over alles wat ze waarnemen. Ze hebben een fijn onderscheidingsvermogen. Ze zijn intuïtief ingesteld en wanneer ze niet uitkijken, krijgen ze een overschot aan prikkels binnen. Ze zien sneller dan anderen wanneer er iets mis is, of mis dreigt te gaan. Ze zijn zorgvuldig en precies. Je kunt dus stellen dat ze alles wat hun systeem binnenkomt op een diep niveau verwerken.

Uit wetenschappelijke verklaringsmodellen van Aron blijkt dat mensen met een zeer actief ‘gedrag remmend systeem’ hooggevoelig zijn. Hun rechterhersenhelft van het denkende deel van de hersenen ( de frontale cortex) is extra krachtig en actief. Voor hoogsensitieve personen is de drang tot ” stoppen en checken” waarschijnlijk sterker, doordat ze in een situatie zo veel informatie te verwerken krijgen.
Als je dit weet, is het te begrijpen waarom hooggevoelige kinderen in de klas om een eigen benaderingsmethode kunnen vragen. De meeste kinderen willen namelijk meteen in actie komen, hooggevoelige kinderen hebben vaak wat meer tijd nodig. Zij wegen eerst vele mogelijkheden tegen elkaar af, voor zij met het werk kunnen starten.

Het is vanzelfsprekend dat ieder kind binnen het onderwijs benaderd wordt als een individu en kan leren op een manier die voor hem of haar het beste werkt. Kinderen mat HSP vormen daarbij geen uitzondering. Bovendien is het belangrijk om niet uitsluitend in hokjes te denken en dus geen uitzonderingen te maken wanneer dat niet nodig is.

Hooggevoeligheid is een aangeboren karaktertrek. Wanneer deze onderkent wordt door de leerkracht en het kind hoeft het geen problemen op te leveren, maar het vraagt wel aandacht. Wanneer leerkrachten zich bewust zijn van deze kinderen en er ook naar handelen, zal ook voor deze kinderen een beter pedagogisch klimaat ontstaan binnen de school.

Kinderen zijn heel goed in staat om aan te geven wat zij nodig hebben op school. Wat vooral belangrijk is dat zij zich veilig voelen in de klas en bij de leerkracht, rustig hun werk kunnen doen en duidelijkheid hebben over de taken die van hen verwacht worden. Wanneer er door leerkrachten een vermoeden van hooggevoeligheid bij kinderen bestaat, kunnen zij natuurlijk met het kind en/of de ouders in gesprek gaan. Een test om een idee te krijgen, is te vinden door op deze link te klikken.